Wie begint aan een opleiding weet vaak niet zeker hoe de praktijk van elke dag eruit ziet. Hoe het is op een locatie met cliënten en collega’s. Stages helpen leerlingen aan die ervaring en trekken zelfs geregeld twijfelaars over de streep: de zorg, daar wil ik werken. Daarom is het een slecht idee van minister Agema om te bezuinigen op het stagefonds voor de zorg. Dat voornemen moet van tafel.
De VGN heeft dit ook duidelijk aan de minister laten weten. Wij spraken met collega’s die hun stage liepen of lopen bij Philadelphia. Hun verhalen tonen hoe belangrijk voldoende stageplekken en goede begeleiding zijn. Alissa, Etienne, Famke en Esmée nemen je graag mee in hoe belangrijk stagelopen is.
Mooi en interessant werk
Alissa Bosch (21) liep stage bij woonlocatie Westhove. Dit beviel zo goed dat ze vroeg of ze daar mocht werken na het behalen van haar diploma. ‘Ik heb geleerd om voor anderen te zorgen en te communiceren met collega’s en bewoners. Ik vind het iedere dag leuk om naar mijn werk te gaan. Ik krijg veel energie terug van de bewoners. Ze zijn altijd blij om mij te zien.’ Toch was het niet vanzelfsprekend dat Alissa in de gehandicaptenzorg zou gaan werken. ‘Het werk leek me eerst helemaal niets, zelfs een beetje vies om mensen te moeten wassen. Maar het bleek juist mooi en interessant werk. Als stagiairs na hun stage blijven werken op de locatie dan verbetert dat ook echt de kwaliteit.’
Unieke kans
Etienne van Hoeijen (28) kreeg tijdens zijn opleiding een presentatie van een directeur van Philadelphia. Toen wist hij: daar zoek ik een stageplek. ‘Mijn eerste stage was een unieke kans om mee te kijken met managers. Ik deed onderzoek over zelforganisatie en het locatiedashboard. Het beviel me zo goed dat ik mijn tweede stage hier ook wilde lopen. Ik onderzocht hoe zorgtechnologie de werkdruk kan verlagen en hoe waardevol deze ontwikkeling is voor zowel cliënten als medewerkers.’ Op het servicekantoor was op dat moment geen functie vrij voor Etienne, maar bij het Homerushuis in Almere wel. Cliënten begeleiden dus, iets nieuws. ‘Dat was spannend, omdat ik deze ervaring niet had. Maar mijn collega’s begeleiden me heel erg goed.’ Ook vond Etienne het verstandig om ervaring op locatie op te doen, met de voeten in de klei, mocht hij uiteindelijk toch in de staf terechtkomen.
Omgaan met cliënten
Famke Goudkade (18) volgt op dit moment haar tweede stage bij horecalocatie Heerlyck in Houten en heeft daarnaast een bijbaan als assistent begeleider bij woonlocatie het Stationserf. ‘Ik leer onder druk omgaan met cliënten. De kans is heel groot dat ik bij Philadelphia blijf werken. Ik heb hier natuurlijk al een bijbaantje. Ik hoef niet perse bij deze locatie te blijven werken. Het kan ook een andere locatie zijn.’
Werken met mensen die divers zijn
Esmée Kesselaar (23) wilde graag docent Nederlands worden en moest meerdere stages volgen daarvoor eerst een mbo-opleiding volgen om door te kunnen stromen naar het hbo. Ze koos voor stage bij Philadelphia. Dat beviel zo goed, dat ze haar toekomstplannen wijzigde. Nu is ze begeleider op twee woonlocaties en bezig om coördinerend begeleider te worden. ’Ik werk graag met mensen die divers zijn, elk persoon is anders waardoor je je manier van begeleiden ook aanpast naar iets wat past bij die persoon. Juist door mijn stage weet ik dat ik in deze sector wil werken. En daarom vind ik het plan van het kabinet ook zo jammer. Het betekent minder stageplekken en ik weet dat veel stagiairs binnen Philadelphia hier blijven werken. En dat zouden we straks dan moeten missen.’
